Nieuwe beeldsprekers, nieuwe spreekwoorden en gezegdes

Nieuwe beeldsprekers, nieuwe spreekwoorden en gezegdes

  • beeldspraak, taal, tekenen, woorden

Schrijvers, lezers, sprekers, wij zijn dol op beeldspraak. De beelden vliegen als muggen rond je hoofd. Talige figuren komen op uit het niets en verspreiden zich als de pluisjes van een paardenbloem. 
In dichterlijke of beeldsprakige teksten word je onder als-vergelijkingen bedolven. En als je toe bent aan nieuwe alsjes, dan staat niets je in de weg. In een elders beschreven spel worden de oude alsen de deur gewezen, en staat nieuwe alsen te trappelen om tot het taaldomein toegelaten te worden. 
Ander beeldtaalwerk vermomt zich in spreekwoorden en gezegden. Van stokoud en in vergetelheid geraakt (“iemand de blauwe huik aantrekken”) tot redelijk recent (‘dat slaat als een vlag op een modderschuit”) tot nagelnieuw. De oeroude (en deels toch nog levendige) spreekwoorden vind je terug in schilderwerk van Pieter Bruegel de Oude, en in het prachtige boek “Rozen voor de zwijnen” van veelkunner Ted van Lieshout dat Bruegels schilderij als uitgangspunt neemt bij zijn spreekwoordverkenning.

Maar hier, in dit beeldtalige spel, gaat het over het maken van nieuwe spreekwoorden en gezegden. 
Na het noemen en bespreken en verklaren van wat voorbeelden (de mussen vallen van het dak; zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens; de bomen groeien tot aan de hemel; wie wind zaait zal storm oogsten; …..) kan je aan de slag. Dat kan bijvoorbeeld door rondom allerlei dingetjes(*) (**) een zin te bedenken die betekenisvol klinkt. Maar wat zou het kunnen betekenen?

Voorbeelden? 
Zij doet alsof iedere speelkaart een goed boek is.
Dan kan je net zo goed met een waterpistool een bank overvallen.
Die heeft zeker geen ballon in diens hersenpan
(of het tegenovergestelde: die heeft volgens mij een ballon in diens hersenpan).
Jezelf het zweet in de sokken rennen.
Dat klinkt zo zuiver als een dronken aap die op een mondharmonica speelt.
Wie viltstiften eet zal kleuren poepen.
Hij maakt met een wattenstaafje de vloer schoon.

spreekwoorden

De deelnemers kunnen de zinnen zelf bedenken (in een wat langdurende speelse bijeenkomst), of zich laten leiden door een spelleider, en daarna praten over de juiste betekenis van het beeldig gezegde. En zoals Bruegel oude zegswijzen op zijn schilderij een plek gaf, zo kan dat met de nieuwe beelden ook. Maak er tekeningen bij!

(*) Het spel wordt makkelijker, de fantasie wordt geprikkeld, door een flinke stapel dingetjes te tonen. Van wattenstaafjes tot puntenslijpers.

(**) Je hoeft jezelf niet te beperkten tot spreekwoorden en gezegdes over dingen. Over beroepen of gevoelens kan ook: “Ik heb honger als een sumo-worstelaar op dieet“. Of over locaties. Of kleuren.