Overdrijven is ook een kunst (of een spel)
- >10min, 8+jr, taal, taalfantasie
Annie M.G. Schmidt schreef de tekst van een liedje over Hendrik Haan uit Koog aan de Zaan. De arme man had de kraan open laten staan. De roddeltantes uit de buurt wisten het incident uit te vergroten tot rampzalige proporties, waarbij de hele stad en al haar inwoners ten dode waren opgeschreven. Het lied is de inspiratie voor dit spelletje overdrijven.
De eerste speler (de spelleider) begint met een voorvalletje van niks. Een losse veter. Een te kauwen kauwgumbal. En vervolgens moet iedereen om de beurt de gebeurtenis een heel klein beetje aandikken. De losse veter wordt een uitgevallen schoen. Over de schoen wordt gestruikeld. De gestruikelden vallen in een put. De put voert de gestruikelden via het riool naar zee.
De kauwgombal wordt een kaugumbel. De bel wordt ingeslikt. De ingeslikte kauwgombal wordt groter en groter. De buik van de kauwgomblazer blaast op tot ongekende grootte. De kauwgombeller vliegt de lucht in, en blijft groeien. De kauwgombeller is zo groot geworden als het hele land, en blokkeert al het hemelse licht. De vliegende kauwgombeller komt bij de maan. De kauwgombel explodeert, en blaast ook de maan in stukjes uiteen.
De vader van deze auteur zei vaak: “overdrijven is ook een kunst”, daarmee suggererend dat de waarheid een beetje opgeblazen werd. Die vader had gelijk. Het is een kunst, een kunst die je taalspelenderwijs kunt cultiveren.